Kosten Interest Rate Swap niet aftrekbaar als eigenwoningrente
Een belastingplichtige sluit in samenhang met een hypothecaire geldlening met variabele rente een zogenoemde renteswap om fluctuaties in de rente af te dekken. De belastingplichtige trekt de negatieve waarde van de renteswapovereenkomst af als negatieve inkomsten uit eigen woning. In eerste aanleg oordeelde de rechtbank dat de renteswapovereenkomst en de hypothecaire geldlening als één geheel moeten worden gezien. Het gerechtshof vindt dat de rechtbank een te ruime uitleg heeft gegeven aan het begrip van aftrekbare eigen woningkosten in de Wet inkomstenbelasting 2001. De Interest Rate Swap kosten zijn geen renten van schulden of kosten van geldleningen. Het zijn saldo van een door de bank aan belastingplichtige verschuldigde variabele premie op basis van een variabele Euribor-renten een door belastingplichtige aan de bank verschuldigde vaste premie op basis van een geldende vaste rente berekend over een fictieve hoofdsom gebaseerd op de hoogte van de hypothecaire geldlening. Het bedrag van de hypothecaire lening is daarbij slechts een rekengrootheid. De kosten zijn ook niet aan te merken als periodieke betalingen op grond van erfpacht, opstal en beklemming tot die woning. Er is sprake van onvoldoende rechtstreeks verband tussen de Interest Rate Swap kosten en de hypothecaire geldlening om als aftrekbare kosten ter zake van de eigen woning aan te kunnen merken.